SENSORISCHE INFORMATIEVERWERKING BIJ KINDEREN
Hallo kinderen en natuurlijk ook de ouders,
Ik wil me mezelf graag aan jullie voorstellen, want ik ben de SI-boom van Ergotherapiepraktijk De Oplossing.
Dat klinkt wel heel gek of niet?
Ik ga het jullie proberen uit te leggen, dus lees dit samen met papa en mama rustig door en samen met jouw therapeut ga je kijken hoe deze boom precies bij jou werkt!
De SI boom
Ik ben de SI-boom en ik ben heel trots op mezelf!
Kijk maar eens hoeveel mooie appels er in mijn boom hangen, dat zijn alle dingen die ik al heel goed kan.
Er zijn ook nog wat kleine appels en dat zijn de dingen die ik nog aan het leren ben, op school en thuis, want je kunt niet alles in 1 keer goed kunnen.
Niet alle appeltjes zijn tegelijkertijd rijp. Er zijn altijd nieuwe appeltjes aan het groeien.
Maar er hangen in mijn boom ook een paar appels die niet zo mooi zijn, zelfs een beetje lelijk. Nou die staan voor de dingen die ik niet kan of erg moeilijk vind.
Misschien kun jij samen met jouw mama en papa bedenken welke dingen je al heel goed kan?
Wat je op school of thuis aan het leren bent, en steeds beter gaat?
En wat je een beetje moeilijk vindt en waarbij je graag wat hulp wil?
Ik groei door de zon en de regen, daar krijg ik mijn eten van en die zorgen dat ik groot en sterk wordt.
Jij hebt ook een zon en regen om je heen, dat zijn jouw papa en mama. Die zorgen dat jij op tijd eten krijgt, goed en voldoende kunt slapen, op tijd gewassen wordt en schone kleren aan krijgt.
Dit zijn belangrijke basis behoeftes voor een goede ontwikkeling!
Toch kan het zo zijn dat niet alle appels even mooi groeien, ondanks dat iedereen om je heen zo goed voor ons zorgt. Misschien is er dan ergens in mijn sterke boomstam iets kapot of zelfs bij mijn wortels, ook mijn boomstam en wortels staan centraal voor jou en je kunnen.
Mijn boomstam zijn niets anders dan jouw mogelijkheden om te:
– Zien, kijken en waarnemen
– Horen, luisteren en praten
– Voelen, is het warm, koud, glad of ruw
– Ruiken, is dit lekker, stinkt het of dreigt er gevaar
– Proeven, is dit zoet of zout, of misschien wel bedorven
Dit is een belangrijke basis om je goed te kunnen ontwikkelen en op onderzoek uit te gaan. Door dingen te ondernemen en te ervaren kun je leren en jezelf verbeteren, daarom is het belangrijk om al deze gebieden te stimuleren met verschillende spelletjes.
Zo kun je op een leuke manier ontdekken en leren!
Kun jij spelletjes bedenken die goed zijn voor mijn boomstam en die nog leuk zijn ook?
Ga ze maar eens doen en kijk maar welk deel van de boomstam extra wordt getraind. Zijn het je ogen, oren, handen, neus of mond?
Als je nog wat verder naar beneden gaat bij mij als boom kom je bij mijn wortels en die sturen de hele boom aan. Die zorgen dat ik stevig sta, en mijn eten en drinken op tijd binnen krijg. Als het heel hard waait doen mijn wortels extra goed hun best, zodat ik niet omval bijvoorbeeld.
Mijn wortels kunnen we ook weer omzetten naar functies bij jou. Die zijn een beetje lastiger uit te leggen, maar ik ga mijn best doen.
Mijn wortels zijn niets anders dan jouw:
– Reuk waarneming: dat is alles wat je ruikt en dat doe je met je neus. Sommige kinderen ruiken alles, de nieuwe parfum van de juf, het eten wat er gekookt wordt en worden gewaarschuwd voor lekker en vies. Je kunt ook hoofdpijn krijgen als het ergens heel sterk ruikt of er niet goed geventileerd wordt voor frisse lucht. Andere kinderen ruiken niet zo goed en kunnen hierdoor bedorven eten opeten. Juist goed kunnen waarnemen op reuk gebied is belangrijk om gevaarlijke luchtjes waar te nemen.
– Smaak waarneming: dat is alles wat je proeft en dat doe je met je mond en tong. Sommige kinderen kunnen verschillende smaken niet goed waarnemen en vinden alles goed, andere kinderen hebben een hele sterke smaak en vinden daardoor dingen juist snel vies of heel lekker. Smaak waarschuwt ook voor bedorven eten, maar ook of iets zoet is of juist heel zout. Juist goed kunnen waarnemen op smaak gebied is belangrijk om je voor bedorven eten te waarschuwen, maar ook om te genieten van wat je eet.
– Tactiele waarneming: dat is wat je voelt en alles wat binnen komt via de tast, jouw gevoel. Sommige kinderen vinden het heel vervelend om vieze handen te hebben, willen niet met vingerverf of klei spelen, en worden helemaal akelig als ze onder douche moeten. Terwijl andere kinderen het niet merken als ze een vieze neus hebben, of nog pasta aan hun mond hebben, het liefst de hele dag met blote voeten door de modder lopen en het heerlijk vinden om te kliederen. Juist goed kunnen waarnemen op het gebied van de tactiele waarneming is belangrijk om je fijne motoriek te ontwikkelen, maar ook het herkennen van gevaren zoals heel heet en ijskoud, glad en zacht, of juist ruw en scherp.
– Auditieve waarneming: dat wat je hoort en wat binnenkomt aan auditieve prikkels omzetten en verwerken. Sommige kinderen horen alles en zijn kunnen zich niet voor geluiden afschermen, waardoor ze snel afgeleid zijn. Denk maar aan voorbij rijdende auto’s, het zoomen van het digi-bord op school. Andere kinderen sluiten zich helemaal af voor alles wat ze horen en krijgen dus niet mee wanneer ze moeten stoppen, een opdracht verandert wordt of er gevaar dreigt op straat. Juist goed kunnen waarnemen op auditief gebied is belangrijk om te communiceren, luisteren en lezen, maar ook voor je concentratie en alertheid is dit erg belangrijk.
– Visuele waarneming: dat wat je ziet en wat binnenkomt aan visuele prikkels omzetten en verwerken. Sommige kinderen zijn heel snel afgeleid door alles wat ze zien, zoals de nieuwe kleren van de juf, de voorbij fietsende oma en de versieringen in de klas. Terwijl andere kinderen juist niets meekrijgen wanneer er dingen in de omgeving veranderen, zoals het stoplicht in de klas wat van rood op groen wordt gezet. Juist goed kunnen waarnemen op visueel gebied is heel belangrijk om goed te kunnen leren lezen, schrijven, maar ook voor de concentratie en je alertheid is dit erg belangrijk.
– Vestibulaire waarneming: dat is je evenwicht en balans, alles wat er voor zorgt dat jij rechtop blijft staan en zitten. Sommige kinderen moeten de hele dag op zoek naar deze prikkel, ze blijven in beweging om goed te voelen hoe ze zitten en of ze niet kunnen vallen. Alle bewegingen kunnen niet gek of lang genoeg duren. Andere kinderen dromen juist weg en zijn erg afwezig, of worden misselijk in de draaimolen of auto. Juist goed kunnen waarnemen op vestibulair gebied is belangrijk om goed stil te kunnen zitten, te fietsen, lopen en rennen, met dit gebied kun jij je evenwicht goed bewaren.
– Proprioceptieve waarneming: dat is je houdingsgevoel, een hele lastige om uit te leggen. Deze prikkel zorgt ervoor dat jij je lichaam goed aanvoelt en precies weet hoe je beweegt, staat of zit. Als je iemand een knuffel geeft, je die niet fijn knijpt, of heel hard met de deur gooit om zeker te weten dat hij goed dicht zit. Dat je de trap op stampt of heel hard in je potlood knijpt om dit goed te voelen. Andere mensen noemen je weleens lomp of onhandig, maar jij gebruikt alleen zoveel kracht om te kunnen voelen wat je doet. Juist goed kunnen waarnemen op propriocpetief gebied is belangrijk om goed te kunnen voelen, de juiste kracht te gebruiken en deze prikkel ondersteunt met name de vestibulaire en tactiele prikkel om goed te kunnen werken.
Kun jij nu samen met jouw papa en mama voorbeeldjes bedenken bij iedere wortel over wat jij heel goed kan of juist erg moeilijk vindt?
Aanmelden
Vergoeding
❮ Terug naar overzicht